In een schaamtecultuur is moraliteit dominant aan de vrije wil. Iemand beschamen in een schaamtecultuur doe je door een moraal op te dringen. Of die moraal ethisch verantwoord is, is van ondergeschikt belang. Het gaat om de moraal van de heersende autoriteit. Als die autoriteit beslist dat bijvoorbeeld iedereen verplicht gevaccineerd moet worden, dan is iemands vrije keuze van ondergeschikt belang. Iemand die persoonlijke morele bezwaren heeft tegen een vaccin, zal dan door aanhangers van de heersende moraal beschaamd worden. Bijvoorbeeld door een persoon af te schilderen als mentaal achtergesteld of ‘wappie’.
De moraliteit van de heersende cultuur wordt niet per se bepaald door criteria die ethisch verantwoord zijn maar door een houding van overheersen en superioriteit. Over mensen die anders denken wordt gezegd dat er iets mis met hen is. De heersende moraal probeert dan de ander de schuld te geven als wapen om zelf verantwoordelijkheid voor de innerlijke moraal uit de weg te gaan. Het is namelijk eenvoudiger een ander te beschuldigen dan zelf verantwoordelijkheid te nemen.
Het verschil tussen een schaamtecultuur en schuldcultuur
In een schaamtecultuur is het inprenten van schaamte het controlemiddel met de aanvullende dreiging van uitsluiting. Een persoon in dit type cultuur kan vragen: “Zal ik mijn waardigheid verliezen als ik X doe?” of “Hoe zullen mensen naar me kijken als ik Y doe?” De term schaamtecultuur duidt op een cultuur waarin mensen voortdurend van iedereen te horen krijgen dat ze zich moeten schamen. Goede naam in de ogen van de buitenwereld maken de waarde van een persoon uit. Je deugt als je je aanpast in een schaamtecultuur en je deugt niet als je afwijkt van de norm.
In een schuldcultuur wordt controle gehandhaafd door het creëren en herhaaldelijk versterken van schuldgevoel (en het dreigen met straf) voor bepaald veroordeeld gedrag. De schuldcultuur richt zich op wetten en straffen. Een persoon in een schuldcultuur kan zich afvragen of zijn gedrag juist of onjuist is. Dit type cultuur benadrukt individueel bewustzijn. Een opvallend kenmerk van schuldsamenlevingen is een systeem van straffen en belonen. Goed gedrag geeft bepaalde vrijstellingen van schuld, zowel voor als achteraf. De voorwaarden van schuld en vergeving kunnen door gezagsdragers steeds wijzigen.
Ik en cultuur
Schuldgevoel is een gevoel dat ontstaat wanneer we de absolute normen van moraliteit in onszelf overtreden, wanneer we ons geweten schenden. Iemand kan aan schuld lijden, hoewel niemand anders weet van zijn of haar wandaad. Dit schuldgevoel wordt verlicht door de misdaad te op te biechten en het recht te zetten. Ware schuldculturen vertrouwen op een geïnternaliseerde overtuiging van zonde als de handhaver van goed gedrag, en niet, zoals schaamteculturen doen, op externe sancties. Schuldculturen benadrukken straf en vergeving als manieren om de morele orde te herstellen; schaamteculturen benadrukken zelfverloochening en nederigheid als manieren om de sociale orde te herstellen. (Paul Hiebert 1985)
Schaamte zegt; ik ben slecht en daardoor niet waardig. Het zegt alles over eigenwaarde. Schuldgevoel zegt; ik heb iets slechts gedaan, ik ben schuldig. Je kunt je dan ook verontschuldigen. Schuld en schaamte is moeilijk te vergelijken omdat ze naast elkaar en niet ondanks elkaar kunnen bestaan. Schuld- en schaamtecultuur gaan vaak samen. Zonder de ontwikkeling van het schuldgevoel, is er geen ontwikkeling van een sociaal geweten.
Schuldcultuur
Bij schuldgevoel is er (nog) het vermogen om je te verontschuldigen. Je kunt de verantwoordelijkheid voor je daden in eigen hand nemen. Er wordt in een schuldcultuur grotere waarde gehecht aan persoonlijke ambities en zelfstandigheid. Iemand die gewend is zelfstandig te leven zal zich niet zomaar laten verleiden om zich naar de normen en waarden van een groep te plooien. Het innerlijke geweten is dan de leidraad. In een schuldcultuur zal iemand veel eerder geneigd zijn om zichzelf of zijn onschuld te verdedigen.
Binnen een schuldcultuur beoordeelt men zichzelf zoals men zichzelf ziet. Hij neemt verantwoording voor zijn daden, of die nu goed of slecht zijn en of ze wel of niet zichtbaar zijn. Het morele besef is in een schuldcultuur ‘eigen’ gemaakt en daarmee volwassen.
Schaamtecultuur
Bij schaamte zijn de normen van de groep bepalend voor het individuele gedrag. Het zichtbaar maken van normoverschrijdend gedrag kan daarmee als pressiemiddel gebruikt worden. In collectivistische (wij) culturen zijn mensen meer gericht op de groep waartoe zij behoren. Gedrag is conform het belang van de groep en zal bij conflict ten koste gaan van individualiteit. Iemand die zich niet gedraagt volgens de maatschappelijke normen kunnen de reputatie van de groep schaden. Betrapt worden op ongewenst gedrag leidt tot schaamtegevoel waardoor het individu zichzelf uitsluit. Het verlangen om het gevoel van schaamte te voorkomen is hierdoor een primaire basis van deze cultuur.
In een schaamtecultuur is vooral de zichtbaarheid van ongewenst gedrag bepalend. Als niemand weet of ziet wat iemand doet, kan iemand gerust zijn gang blijven gaan. Binnen de schaamtecultuur heeft men zelf geen last van een schuldgevoel bij het misdragen. Er is geen geweten dat knaagt. Voorafgaand, tijdens en na afloop van het onjuist handelen, is er geen schuldgevoel dat tot zelfcorrigerend gedrag leidt. Zolang hijzelf en anderen overtuigd zijn van zijn onschuld, hoeft hij niet te veranderen.
Binnen de schaamtecultuur geldt de vermeende blik van de ander als leidraad voor zelfbeoordeling. Zolang de gemeenschap hem als onschuldig beschouwt en niet weet of vindt dat hij zich misdraagt, ziet hij zichzelf als onschuldig. Ook als hij schuldig is. Daarom doet men grote moeite anderen te overtuigen van hun onschuld, zelfs als men schuldig is. Een schaamtecultuur werkt hiermee onvolwassen gedrag mee in de hand.
Schaamtecultuur als gevolg van kolonisatie
Schaamte zegt eigenlijk: mijn realiteit staat boven jouw realiteit. Als door kolonisatie de eigen normen en waarden weggevaagd worden, ontstaat er een schaamtecultuur. In verstrekkende vorm is dat het ontzeggen van eigen religie, eigen taal en eigen cultuur. Per definitie zijn daarmee gekoloniseerde landen tot schaamteculturen geworden. De oorspronkelijke identiteit van een volk wordt om zeep geholpen omwille van het ‘nieuwe geloof’. Denk hierbij aan First Nations in Australië, Canada en de Verenigde Staten. Of aan gekoloniseerde gebieden zoals Indonesië, de Antillen en delen van Afrika.
De westerse joods-christelijke cultuur is een ‘zondecultuur’ waarin er een diep besef van zondig zijn is. In de Japanse eer- of schaamtecultuur voelt iemand zich bezwaard als hij iets doet tegen de geldende regels in. De Aziaat, in het algemeen, kent geen zondebegrip maar spreekt men van ‘eer’. Gezichtsverlies veroorzaakt schaamte en dat moet ten alle tijden voorkomen worden.
Door toenemende immigratie en globalisatie lopen schuld- en schaamteculturen steeds meer door elkaar heen. Veel conflicten zijn te herleiden tot het verschil van normen en waarden in een cultuur.