Op het aanvragen van schuldhulpverlening rust vaak een taboe. Mensen met schulden vragen vaak geen hulp of doen dit erg laat, vanwege schaamte of trots. Hierdoor stapelen de problemen zich op. Hoe kun je dit doorbreken?

Liselotte Maas
Interview met Liselotte Maas, manager Projecten bij Stichting CAV
Wat is er eerst? Schaamte of schulden? Bijvoorbeeld iemand die uit schaamte en minderwaardigheidsgevoel een te dure auto koopt en daardoor in de schulden komt? Of zijn er eerst schulden en komt er dan schaamte?
Allebei denk ik. Die eerste ken ik niet want ik ben geen psycholoog, ik werk in de schuldhulpverlening. Wat we wel vaak opviel toen ik werkte als bewindvoerder en bij mensen op huisbezoek ging, is dat mensen die vaak niet zoveel geld hebben te besteden, toch vaak in die huizen wel een hele grote TV hadden. Dus het kan goed dat het te maken heeft met compensatie van schaamte.
Aan de achterkant frustreert het mij enorm dat als ik iemand spreek over schulden en iemand is er eindelijk mee voor de dag gekomen, dat er altijd jaren van diepe schaamte aan vooraf zijn gegaan. Dat weerhoudt mensen ervan om op tijd hulp te zoeken. Iemand die een paar maanden achterloopt met zijn financiën snapt zelf ook wel dat hij dit niet kan volhouden. Maar de drempel om hulp te zoeken is gewoon gigantisch. En dat heeft voor een heel groot deel zeker met schaamte te maken.
Die schaamte is ook cultuurbepaald. In Nederland praten we niet zo over geld. Onze beste vrienden weten niet wat we verdienen. Laat staan dat je tegen vrienden of buren kunt zeggen: “nou het gaat eigenlijk helemaal niet zo goed met mijn geldzaken”. Dat maakt het heel moeilijk om op tijd hulp in te schakelen. We zien vaak dat mensen pas aankloppen bij professionele hulpverlening als het 5 voor twaalf is. Dat heeft dan al onnodig veel ellende veroorzaakt bij hun gezinnen of werk. Ook voor de hulpverlening is het veel ingewikkelder om op stel en sprong iets groots te moeten regelen dan wanneer mensen met een half jaar achterstand aankloppen om te kijken wat er aan te doen is.
Wat is de druppel die de emmer doet overlopen voor iemand om hulp te vragen?
Mensen kunnen heel goed struisvogelen. Je weet dat er iets aan de hand is. Ik zag een meneer op TV die zijn post niet durfde open te maken. Hij zag al die blauwe enveloppen binnenkomen. Hij wist dat elke brief stond voor zoveel slapeloze nachten en had zoiets van: “dan maak ik het maar niet open”. Je weet natuurlijk dat het niet de oplossing is, maar het is wel het gedrag dat je heel erg vaak ziet bij mensen.
Mensen moeten zelf de noodzaak zien om over die schaamtedrempel te stappen om hulp te zoeken. Het valt me op dat nu in de Coronatijd het aantal hulpvragen nog helemaal niet zo groot is als je zou verwachten. Dan hoor ik een deurwaarder zeggen dat dat mede komt doordat de deurwaarders en incassobureau’s nu heel erg coulant zijn in het nemen van vergaande maatregelen. Het feit dat de deurwaarder zijn werk doet en op een bepaald moment zegt; “bij twee maanden huurachterstand haal ik vonnis bij de rechter en moet je je huis uit”, dat geeft bij mensen wel de urgentie om naar hulpverlening te stappen. Dat mechanisme had ik nooit zo door. De rol van de deurwaarder is belangrijk om de druk te voelen wat maakt dat mensen de stap zetten naar schuldhulpverlening.
Wat je ook heel vaak ziet is dat bij sociale dorpsteams waar mensen komen met hulpvragen, driekwart van die situaties een achterliggend financieel probleem een rol speelt. Geldzorgen geeft heel veel stress en dat heeft zijn weerslag op gezin en werk.
Kan een werkgever hier een rol in spelen?
Dat is heel lastig. Je kunt als werkgever kijken of het je lukt om je daarvoor open te stellen. Maar het lijkt me ook ingewikkeld omdat de werkgever diegene is die het salaris betaald. Je hebt dan als werknemer een afhankelijke relatie. Als je je dan al schaamt voor geldproblemen, dan is je werkgever niet de eerste waar je dat mee gaat bespreken. Op het moment dat er beslag wordt gelegd, dan weet jouw werkgever ervan. Dat is het moment dat je als werkgever met een werknemer in gesprek kan gaan en kan vragen wat er meer speelt.
Schaamte voor schulden is bekend, maar is er ook schaamte voor rijkdom?
Ja, daar kan ik me iets bij voorstellen. Dat is iets wat je van huis uit meekrijgt. Ideeën van huis uit over geld, over veel geld hebben of weinig geld hebben, die hebben je wel gevormd. Net zoals je mee kunt krijgen dat als je voor een dubbeltje geboren bent je nooit een kwartje wordt. Dan zijn er ook mensen die mee hebben gekregen dat rijkdom, of zakelijk succes iets slechts is. Ze zullen het wel niet eerlijk verdiend hebben.
Is er schaamte naar familie bij iemand met schulden?
Ja wat ik verschrikkelijk vond is een verhaal van een wat oudere man met kinderen die al twee maanden in zijn auto sliep omdat hij zijn huis was uitgezet. Hij durfde het niet aan zijn kinderen vertellen. Je kunt nagaan hoe moeilijk het voor mensen is, hoe diep ze moeten gaan om zich bloot te geven dat ze het financieel niet goed hebben.
Ik heb wel eens een filosoof horen zeggen, en dat is ook weer heel Nederlands, dat het woord schuldig, bij ons een dubbele betekenis heeft. Dat maakt het extra ingewikkeld. In het Engels spreek je van debt en guilt. Dat zijn twee totaal andere woorden met twee hele andere betekenissen. Het draagt niet op een positieve manier bij dat we het woord schuldig zo dubbel kunnen opvatten.
Is er een manier om mensen eerder over die drempel te krijgen?
Ik ben bezig met een online cursus waarbij het makkelijker is om mensen de eerste stappen te laten zetten zonder meteen fysiek tegenover iemand in de spreekkamer te zitten. Mensen zijn vaak bang zijn dat ze iemand met een wijzend vingertje tegenover zich krijgen.
Daarnaast is het goed om in de schuldhulpverlening niet alleen te focussen op het oplossen van het financiële probleem maar daarnaast heel veel aandacht te hebben voor de eigenwaarde van de persoon. Je hebt schulden maar je bent niet je schulden.
Wat zou je als schuldhulpverlener willen zeggen tegen mensen die met schuld te maken krijgen?
Na zoveel jaren schuldhulpverlening heb ik me gerealiseerd dat het echt iedereen kan gebeuren. Op het moment dat ik aan deze kant van de tafel zit en een cliënt met zijn verhaal aan de andere kant zit, besef ik dat als ik drie keer tegenslag heb, bijvoorbeeld mijn baan kwijt ben, psychische problemen krijg of mijn man bij me weg gaat, ik ook aan de overkant kan zitten.
In mijn werk is het voor mij belangrijk een goede relatie op te bouwen en goed te luisteren. Het is belangrijk mensen hun eigen verantwoordelijkheid te laten nemen en een streep onder het verleden te laten zetten. Als je echt iets aan je schulden wil doen kun je niet blijven hangen in ‘het is me overkomen, ik ben zielig’. Daar red je het niet mee want een ander gaat het niet oplossen. Als mensen bij mij komen hebben ze de stap naar schuldhulpverlening al gezet. Ik ben altijd wel benieuwd wat gemaakt heeft dat die stap is gezet. Dat is voor iedereen verschillend.
Ook als je maar een heel klein stemmetje hebt dat zegt het niet zo goed loopt, maar het komt wel weer goed, kijk dan goed in de spiegel. Dat is het moment dat je heel veel baat kunt hebben bij goede hulp. En goede hulp hoeft echt niet een driejarig saneringstraject te zijn, maar dat kan ook zijn dat iemand even een half jaar met jou mee loopt om je financiën op orde te brengen en rust brengt. Daarna kun je het weer zelf doen. Er is misschien veel meer hulp dan je denkt. Het is zo belangrijk om zelf die eerste stap te zetten.
Wettelijke schuldsanering (Wsnp) – schuldhulpverlening bij de gemeente
Heeft u schulden? En lukt het u niet om uw schulden af te betalen? Dan kunt u via uw gemeente schuldhulpverlening krijgen. De gemeente probeert dan een regeling te treffen met uw schuldeisers. Kunt u niets aflossen? Of willen uw schuldeisers meer terug dan u kunt betalen? Dan kunt u de rechtbank om hulp vragen. Dit heet wettelijke schuldsanering.